Zaterdag 14 oktober 2023 | |
20:15 uur | |
Het Noordbrabants Museum, Verwersstraat 41, 's-Hertogenbosch (Google Maps) | |
Kaartverkoop / bezoekersinformatie: www.ivc.nu | |
Bo Skovhus - bariton
Stefan Vladar - pianist |
Franz Schubert (1797 - 1828)
Winterreise, op. 89, D. 911
Liedteksten: Wilhelm Müller (1794 - 1827)
In de winter van 1827 begon Schubert met zijn Winterreise, zijn tweede grote liederencyclus. Net als in zijn vorige liedcyclus Die Schöne Müllerin (1824) was Wilhelm Müller (1794 – 1827) de auteur van de verzen.
Ze stonden erbij en keken er naar. Hun vriend, de laatste tijd zo somber gestemde Franz Schubert, had zo juist een huiveringwekkende compositie voorgezongen, Winterreisse. Zeer aangeslagen waren zijn vrienden door de zwartgallige stemming van de liederen. Wat was er met de kleine meester aan de hand? Winterreise behandelt een onsamenhangende barre reis van een door zijn geliefde verlaten wandelaar die de vrieskou instapt. De gehele natuur lijkt bevroren, net als zijn hart. In het ijs krast hij de naam van zijn geliefde. IJsbloemen op de ramen doen hem verlangen naar de lente. Tenslotte zoekt hij rust op een kerkhof, doch alle plaatsen zijn bezet.
In de liedcyclus lijkt de mens op zoek naar zichzelf. In het slotlied Der Leiermann ontmoet de wandelaar de speelman met draailier (de verpersoonlijking van de dood).
- Gute Nacht
- Die Wetterfahne
- Gefrorne Tränen
- Erstarrung
- Der Lindenbaum
- Wasserflut
- Auf dem Flusse
- Rückblick
- Irrlicht
- Rast
- Frühlingstraum
- Einsamkeit
- Die Post
- Der greise Kopf
- Die Krähe
- Letzte Hoffnung
- Im Dorfe
- Der stürmische Morgen
- Täuschung
- Der Wegweiser
- Das Wirtshaus
- Mut
- Die Nebensonnen
- Der Leiermann